'Made in Holland - 400 jaar Wereldmerk' in Keramiekmuseum Princessehof

9 augustus 2018
Bij het informatiecentrum tegenover het station hebben ze het er maar druk mee, want nooit eerder heeft de provinciale hoofdstad zoveel nationale én internationale toeristen welkom geheten. Top-tijden. En da's niet voor niks én te verwachten, want dit jaar viert Leeuwarden-Fryslân 'Culturele Hoofdstad van Europa' en heeft Lonely Planet - je weet wel: van de reisgidsen - de provincie verkozen tot nummer drie van de tien 'Best in Europe' plekken van 2018.
Museum-wise is de Escher-tentoonstelling in het Fries Museum de grote kaskraker tijdens de feestelijkheden (mijn verslag van die expo lees je hier), maar ook Keramiekmuseum Princessehof wordt door de city-trippers en dagjesmensen veelvuldig bezocht. Zo ook door mij.

Kijk je mee naar het tweede deel van mijn bezoek aan Leeuwarden? Vandaag in de hoofdrol een grandioos rijksmonument en stadspaleis bomvol kunstig aardewerk en porselein. 



1. Olav Slingerland, 'Big Circle'. 2. en 3. Keramiekmuseum Princessehof.
Bomvol en afgeladen, dat is het. Van onder tot boven is het kruip-door-sluip-door gebouw bestaande uit een Friese Stins en een aanpalend herenhuis, beiden uit de 17de eeuw gevuld met breekbaar en fragiel keramiek. In het "doolhof aan zalen, kamers, trappenhuizen en zolders, allemaal met een eigen datering, stijl en functie" zie je keramiek uit alle eeuwen, onderverdeeld rondom meerdere thema's in zowel een vaste presentatie als in tijdelijke exposities.

steengoed!

In 'Van Oost en West' - de vaste collectie-selectie op de eerste verdieping - reis je door de tijd. Na 'the making of', waarin het maakproces aan de orde komt, voert de route je langs gebruiksgoed en sieraardewerk uit het keizerlijke China, naar Vietnam en Japan, via het Nederland in de Gouden Eeuw met het iconische Delfts Blauw naar het (eierschaal-)porselein uit de Art Nouveau en het hedendaags modernisme.
In de opstelling staat de verhouding tussen 'Oost en West' centraal. Aan de hand van borden, schalen, kommetjes, vazen en wat dies meer zij wordt de handelsrelatie én de kunstzinnige kruisbestuiving tussen keramiekcentra als Delft, Meissen en Lissabon aan deze kant, en Arita, Deshima en Jingdezhen aan de oostelijke kant belicht.
En als je een dergelijke tijd- én wereldreis wilt maken, dan heb je veel achtergrondinformatie te delen en dat gaat tegenwoordig - na een uitgebreide herinrichting eind vorig jaar - door middel van touchscreens. Bereid je desalniettemin voor op heel veel leeswerk. Misschien een beetje té veel...




1. t/m 4. zaaloverzichten Princessehof.
De eigenlijke reden voor mijn bezoek aan het Princessehof was toch wel de tentoonstelling 'Made in Holland - 400 jaar wereldmerk'. En must voor elke liefhebber van het, ook ver over onze landsgrenzen zo gewaardeerde Dutch design. Nu gaat de expositie wel erg ver terug, want het was zo rond 1600 dat Nederland dankzij de VOC kennis maakte met porselein en sindsdien dit breekbare goedje ook zelf ging produceren. In vijf zalen zie je het verhaal van het succes en de export van Nederlands keramiek door de eeuwen heen.

"Met Made in Holland presenteert het Princessehof een spraakmakende tentoonstelling over vier Nederlandse succesverhalen: Delfts blauw, Maastrichts aardewerk, Art Nouveau-keramiek en Dutch Design. Aan de hand van imposante bloempiramides, kleurrijk boerenbont, populair Gouds plateel en de eigenwijze ontwerpen van designers als Maarten Baas ontdekt u hoe Nederland een wereldspeler is geworden op het gebied van keramiek" (aldus de wervende tekst van het museum).

kopiëren en imiteren

Het Hollandse keramiek is wereldberoemd, maar meestal ligt de oorsprong helemaal niet hier. Nederland was namelijk een kei in het imiteren. Verder werd er ook keramiek uit het buitenland ingevoerd, verwerkt tot iets nieuws en succesvol gemaakt en vervolgens weer uitgevoerd.
Neem Delfts blauw. Al sinds de 17de eeuw een gewild exportproduct en souvenir. Op de tentoonstelling is te zien dat Delfts aardewerk op een goed moment niet was aan te slepen. Zo populair. Maar van oorsprong is het karakteristieke blauw-witte gebruiks- en siergoed op Italiaanse majolica en op Chinese kraakporselein gebaseerd.





1. Scholten & Baijings voor 1616, 'Colour Porcelain', 2012. 2. Twee uit een serie van vijf: "Wadden Series', Studio Maarten Kolk & Guus Kusters, 2012. 3. Atelier NL, 'Polderkeramiek' (2008) en 'Uit de klei getrokken Noordoostpolder' (2010). 4. Glithero, "Blueware Tiles', 2011. 5. Studio Wieki Somers, 'Tea Sets', 2016.
Tweehonderd jaar later was het Petrus Regout - grondlegger van aardewerkfabriek De Sphinx - die erg goed kon afkijken. Hij haalde halverwege de 19de eeuw Engelse vaklieden naar Maastricht om het populaire creamware met drukdecors te kunnen namaken.
Hij ontwikkelde ook het overbekende Hollandse 'boerenbont': je weet wel. Maar in feite is dat ook gewoon een kopie van een oorspronkelijk Engels decor. Het werd een verkoop-hit van jewelste. Regout paste het desgewenst aan naar het blieven van zijn klanten: in de expositie zie je enorm veel verschillende varianten, waaronder boerenbont-borden met een islamitische halve maan en een ster.  

copycats

Je krijgt nog een succesverhaal. Voor de wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs verwerkten Nederlandse ontwerpers de internationale Art Nouveau-stijl tot een eigen, Nederlandse variant. Beroemd werd het Haagse eierschaalporselein: extreem dun en uitermate elegant. "Tientallen nieuwe plateelfabrieken en werkplaatsen produceerden dit 'vernieuwingsaardewerk' en kregen daarmee internationale erkenning."

De laatste zaal is gewijd aan hedendaags keramiek van Hollandse bodem dat in de expositie wordt aangeduid als Dutch Design. En je weet: ik ben een groot fan! Heel origineel en dus niet in de hierboven geschetste traditie van kopiëren en na-apen. Speelsheid en eigenzinnigheid in vormgeving voert bij de eigentijdse Nederlandse keramisten de boventoon. "Hierbij gaat het niet om een speciale techniek of stijl, maar om een bepaalde houding. Dutch Design staat voor eenvoud, inventiviteit, onconventionele oplossingen en ontwerpen met een knipoog."




1. en 2. Werken van Johan Tahon in 'Monk'. 3. en 4. Floris Wubben, 'Design #3'. 
Met de twee genoemde presentaties ben je er nog niet, want Princessehof heeft meer te bieden. Op de zolderverdieping van het stadspaleis zie je onder de titel 'Monk' figuratief keramisch werk van de Vlaamse kunstenaar Johan Tahon
Dan is er ook nog Tattoo & Ceramics. Daarin brengt het Leeuwardense kunsthuis twee ambachtelijke disciplines samen. Je ziet er een groep van acht (internationale) tatoeage-artiesten die - in plaats van op de menselijke huid, hun expertise en vakmensschap toepasten op porselein. Tenslotte toont (Dutch) designer Floris Wubben nieuw werk in een solotentoonstelling genaamd 'Design #3'.

Tot zover de tentoonstellingen in het mooie Princessehof, met nog een laatste 'waarschuwing'. Op een (bloedwarme) donderdag combineerde ik de tentoonstelling over het werk van Escher in het Fries Museum met mijn bezoek aan het keramiekmuseum en dat is eigenlijk onbegonnen werk. Da's veulsteveul van het goeie. Op een gegeven moment gaat het lichtje uit. Jammer, want beide musea verdienen alle aandacht.

wel geklater, geen gezeik

Dus? Mijn suggestie is om wat langer te blijven. Boek een overnachting (of twee) en maak vooral ook de "spetterende tocht der tochten": een eigen elfstedentocht langs 11 bijzondere, door beroemde internationale kunstenaars gemaakte fonteinen. Jammer genoeg is het er in mijn geval niet van gekomen, maar ik zag wel de grappige en informatieve 3-delige documentaire over de totstandkoming van dit unieke kunstproject in het eigenzinnige Fryslân.
"De komst van de elf fonteinen (...) zorgt voor humoristische en confronterende situaties tussen een bevlogen kunstcurator en de nuchtere Friese bewoners." Echt een aanrader en nog te zien op Uitzending gemist en online op de site van 2DOC.




Hierboven zie je een foto van het prachtige kunstwerk (en één van de 11 genoemde Friese fonteinen) van Jaume Plensa, genaamd 'Love'*. Daarna volgen afbeeldingen van de 3D-streetart van Leon Keer. In opdracht van o.a. de NS heeft de kunstenaar (met zijn assistent Marije Spelbos) vijf 3-dimensionale tekeningen gemaakt geïnspireerd op het werk van M.C. Escher.
"Deze route (van NS-station Leeuwarden naar het Fries museum) werd half mei officieel geopend en als het weer een beetje meezit, blijven de tekeningen gemiddeld twee maanden zichtbaar op straten en pleinen."
En dus een 'meevaller' bij deze droge en warme zomer: ook nu - half augustus, zijn de straat-kunstwerken nog heel goed te zien. Zo zie je maar... (En voor daarna: "gelukkig hebben we de foto's nog").
* Normaal hangt er een soort 'mist' rondom deze kinderhoofden, maar in verband met de droogte werd dat tijdelijk even 'stilgelegd'.


-X-


Fijne dag!


Tekst en alle (iPhone) foto's © Miriam van der Meer (www.agreylady.nl). 

Auto Post Signature

Auto Post  Signature